Tientallen jaren diende het Broerenkerkplein te Zwolle als parkeerplaats tot het in 2003 op de schop ging en volgens ontwerp van landschapsarchitect Peter van Saane opnieuw werd ingericht. Aan mij de uitdaging om passende beplanting te bedenken.
Zicht vanaf het grote perk op de wijndragerstoren en de Librije. Met Hydrangea arborescens 'Annabelle' omringd door bes dragende Gelderse roos, Viburnum opulus 'Compactum', daaronder en daarvoor Euonymus fortunei 'Emerald Gaiety' en Hosta ‘Francee’.
Over het plein uitgespreid liggen in het verlengde van de Librije drie plantvakken: twee rechthoeken in het hoger gelegen deel en als je voorbij het doopvont, afkomstig uit de afgebroken Michaëlskerk, de trap afdaalt, een groot vierkant plantvak rondom de smalbladige es, Fraxinus angustifolia. Parallel aan de borders loopt een beukenheggetje. Daarachter op het plateau richting winkels doorkruisen statige klinkerpaden de grasvelden, waar hoge, sfeerbepalende linden staan.
Alchemilla mollis, Hosta ‘Francee’ en het doopvont uit de, in de jaren zestig gesloopte, neogotische Sint Michaels kerk.
De bloemborders zijn zodanig ingericht dat de planten per seizoen veranderen in wisselwerking met hun omgeving. ’s Zomers vormen frisse bloemen in allerlei tinten wit een uitbundig contrast met de omringende muren terwijl diezelfde, dan inmiddels ingedroogde schermen, bollen en pluimen in de winter rijmen op de oude bakstenen.
Middelste perk op het Broerenkerkplein met verschillende witte hortensia’s, Alchemilla mollis, Hosta ‘Francee’ en Euonymus fortunei 'Emerald Gaiety'. Begin juli voert Hydrangea ‘Annabelle’ de boventoon.
Ik heb hier gekozen voor een bijzondere combinatie, sterke, niet zeldzame planten die goed in de omgeving passen en er ook iets aan toevoegen. Diverse soorten Hydrangea en enkele Viburnums vormen de ruggengraat van elk plantvak. Hydrangea arborescens ‘Annabelle’, met haar indrukwekkende bollen bloeit van het late voorjaar tot ver in oktober en soms zelfs met wat kleinere bloemen tot in december. De bloemtuilen beginnen fris groenwit, zijn in hoogzomer oplichtend helderwit, in de nazomer bleekgroen, zeegroen en verkleuren in de herfst, richting winter, langzaam bruiner en bruiner. Haar bloemknoppen bevriezen nooit want ze ontwikkelen zich op het hout dat in de lente ontstaat.
Ter afwisseling Hydrangea arborescens, deze oermoeder van H. 'Annabelle' heeft slechts enkele lokbloemen.
De ‘Annabelles’ worden afgewisseld door hun oermoeder, Hydrangea arborescens, met slechts enkele lokbloemen en ongeveer een maand later sluiten de volle pluimen van Hydrangea paniculata ‘Lime Light’ hier bij aan.
Viburnum opulus 'Compactum', deze langzaam groeiende Gelderse roos bloeit begin mei al met een bloeiwijze die lijkt op die van hortensia’s.
Al in mei bloeit Viburnum opulus ‘Compactum’ als heraut van de schermbloem dragende hortensia’s, die pas ruim een maand later verschijnen. Deze gedrongen sneeuwballen leunen als steunberen tegen de hortensiabedden aan. Viburnum opulus ‘Compactum’ is een rijke bloeier die vanaf eind juli, begin augustus meestal volhangt met glimmende, helderrode bessen die er heel aantrekkelijk uitzien, maar galbitter smaken, waardoor de meeste vogels ze niet lekker vinden. Op zich een heel prettige eigenschap, tevens de reden waarom ze hier zijn neergezet want daardoor kunnen we de hele winter, vaak tot in het voorjaar genieten van deze vrolijke, vuurrode accenten tussen de kale takken. Bovendien rijmt de kleur van de bessen op de roodbruine luikjes van de Librije.
De bessen van de Gelderse roos, Viburnum opulus 'Compactum', bitter als gal en daardoor blijven ze praktisch de hele winter onaangetast aan de struik hangen.
Het Broerenkerkplein als groene oase in de binnenstad.
Massaal is de aanplant van Euonymus fortunei ‘Emerald Gaiety’, een witbonte wintergroene kardinaalsmuts die in het midden van de borders, dwars door de hortensia’s tot bijna een meter hoog mag worden. De diepe schaduw van al die hortensiabladeren deert hen niet; iedere herfst komen de kardinaalsmutsblaadjes fris te voorschijn om gedurende de winter hun rol op te eisen.
Eind mei: Hydrangea arborescens 'Annabelle' in knop met daarnaast de uitgebloeide Gelderse roos Viburnum opulus 'Compactum'. Meer op de voorgrond groeien de witbonte, wintergroene kardinaalsmuts Euonymus fortunei 'Emerald Gaiety', Hosta ‘Francee’ en Alchemilla mollis.
Tussen deze wintergroene bodembedekker staan enkele bladverliezende vaste planten, waaronder de hartlelie, Hosta fortunei ‘Francee’ die haar hartvormige, donker olijfgroene bladeren met brede helderwitte zomen in het voorjaar ontvouwt en in juni op haar mooist is. Het bonte blad van deze cultuurvariëteit is bestand tegen felle zon. Een andere vaste plant die zich - tot op zekere hoogte - tussen de hosta ’s uit mag zaaien, is de vrouwenmantel, Alchemilla mollis.
Achterin september verschijnt er een blos op de bollen en pluimen.
Eind oktober verkleuren de bollen en pluimen geleidelijk van wit-roze naar bruin.
Zicht vanaf het grote perk op de Wijndragerstoren en de Librije in november. In het bloembed vormen de compacte Gelderse rozen een met bessen beladen kring om de smalbladige es.
Winters zicht op de Wijndragerstoren en de Librije vanaf het grote, wat dieper gelegen, perk.
‘s winters passen de borders qua kleur en textuur bij de oude stadsmuur, terwijl de Viburnum-bessen rijmen op de luikjes van de Librije.
Lees ook mijn column op tuinenstruinen.org: “Het Broerenkerkplein, een oase in de binnenstad van Zwolle”.